Let wel: heel wat informatie zal na een jaar nog geldig zijn; af en toe gebeurt het echter dat inzichten veranderen en dat informatie zelfs al na 3 maanden tijd voorbijgestreefd is. Indien u hierover twijfelt vraag het aub na.

PANCREAS

Vraag
waarom is er een maximum aan de pancreas enzymen vastgesteld? mijn ontlasting blijft zeer vettig terwijl ik aan de max. dosering zit. Ik krijg ookmaagzuur remmers, maar is er nog een andere mogelijkheid om ervoor te zorgen dat ontlasting minder vet is, minder lucht in buik is / minder buikpijn? vet opname blijft rond de 70 procent.
Antwoord
Bedankt voor deze praktische en relevante vraag. Wij kunnen deze vraag alleen maar in het algemeen beantwoorden. Voor specifiek persoonlijk advies verwijzen we u naar uw behandelende arts.
Het doseren van pancreas enzymes wordt in eerste stap bepaald door de grootte van de maaltijd en het vetgehalte: hoe meer men eet en hoe vetter de maaltijd, des de hoger is de dosis pancreas fermenten die nodig is voor de vertering.
Toch is deze verhouding niet rechtlijnig en zal de ene patiënt een veel hogere dosis nodig hebben dan een andere patiënt voor net dezelfde maaltijd. Dit kan soms verklaard worden door nog een zekere rest functie van de alvleesklier. Anderzijds kan het ook bepaald worden door de mate waarin de fermenten hun werk kunnen doen. De coating van de enzymbolletjes moet oplossen zodat de fermenten vrijkomen: dit gebeurt alleen in niet zure omgeving, wat in een normale dunne darm is het geval is. Bij personen met CF kan de zuurtegraad in het eerste deel van de nog relatief zuur zijn door verhoogde maagzuursecretie en afwezigheid van alvleeskliersappen. Dit euvel kan worden overkomen door zuurremmers te geven waarvan u spreekt.
Andere factoren die kunnen meespelen zijn ook bv maaglediging en timing van de inname van pancreasfermenten: voor een optimale vertering moeten voeding en fermenten samen de dundarm bereiken.
Wanneer de vertering onvoldoende blijft met veel vet verlies in de stoelgang kan de dosis fermenten worden opgedreven. De ervaring leert dat alsmaar opdrijven van de dosis op een bepaald moment geen verdere verbetering van de vertering met zich meebrengt. Meestal wordt hier een richtlijn van 10 000 U lipase per kg lichaamsgewicht per dag gehanteerd. Deze grens kan echter van persoon tot persoon verschillen: verder opdrijven boven deze dosis kan voor een individuele patiënt nog nuttig zijn maar dit dient dan goed te worden geëvalueerd door opvolging van gewicht en bv vetverlies in de stoelgang.
Een aantal jaren geleden werden darmcomplicaties beschreven (fibroserende colonopathie) die in verband werden gebracht met gebruik van een hoog gedoseerd preparaat verteer enzymes. Het medicijn in kwestie werd van de markt genomen en er werd geadviseerd niet boven de maximale aangeraden grens te doseren. Andere hoog gedoseerde preparaten zoals de huidige Creon Forte werden nooit in verband gebracht met deze complicaties en op dit ogenblik zijn er geen aanwijzigingen dat dosering boven de 10 000 U/lipase per dag een risico op dikke darmafwijkingen inhoudt.
Tot slotte is het belangrijk te vermelden dat blijvende verteerproblemen ook hun oorzaak kunnen vinden thv het darmslijmvlies zelf: indien de verteerfermenten goed hun werk doen maar de voedingsbestanddelen niet worden opgenomen thv het dundarmslijmvlies kunnen gelijkaardige klachten ontstaan. De oorzaak hiervan kan ook liggen buiten CF, bv bij glutenovergevoeligheid.

Met vriendelijke groeten,

Prof. dr. M. Proesmans
09.08.2011