Let wel: heel wat informatie zal na een jaar nog geldig zijn; af en toe gebeurt het echter dat inzichten veranderen en dat informatie zelfs al na 3 maanden tijd voorbijgestreefd is. Indien u hierover twijfelt vraag het aub na.

besmetting_Mycoplasma pneumoniae

Vraag
wat doet een besmetting met een micoplasma bacterie bij een cf patient en is deze goed te behandelen?
Antwoord
Mycoplasma pneumoniae (afgekort M. pneumoniae) is de volledige naam van één van de kleinste bacteriën die bij mensen infecties veroorzaken. Mensen raken besmet met deze bacterie na rechtstreeks contact met respiratoire secreties (speekseldruppels) van andere mensen. Na besmetting is de incubatietijd (de tijd tot de eerste symptomen) ongeveer drie weken.
Vaak zal de infectie weinig tot geen klachten geven en dus onopgemerkt voorbijgaan. Het zijn vooral kinderen en jonge volwassenen die na besmetting een ziekte zullen ontwikkelen. Meest frequent zal M. pneumoniae een luchtweginfectie veroorzaken met veel hoesten, neusloop, keelpijn, soms met koorts. Zelden komt hier nog een longontsteking bij met hoge koorts, hoesten, fluimen, piepen, kortademigheid en/of afwijkingen bij de longauscultatie. Bij schoolgaande kinderen en jongvolwassenen is M. pneumoniae wel één van de frequentste verwekkers van longontsteking (tot de helft van de episodes). M. pneumoniae lokt mogelijks ook astma-opstoten uit, en zou aanslepende luchtwegklachten geven bij sommige kinderen.
Naast deze luchtwegsymptomen kunnen nog andere ziektetekens aanwezig zijn: huiduitslag, gewrichtspijn, darmlast (diarree en buikpijn). Andere verwikkelingen zijn uitzonderlijk.
In welke mate de behandeling met antibiotica de klachten verbetert is niet helemaal duidelijk. In de meeste gevallen zal de ziekte vanzelf genezen bij gezonde kinderen. Antibiotica zoals macroliden (clarithromycine of azitromycine), tetracyclines (doxycycline) of fluorochinolones (levofloxacine of moxifloxacine) maken mogelijks de ziekteverschijnselen milder en korter.
Er zijn geen aanwijzingen dat CF patiënten meer vatbaar zijn voor deze infectie, en er zijn ook geen aanwijzingen dat M. pneumoniae infecties bij CF patiënten anders, en ernstiger verlopen dan bij personen die geen CF hebben. Wel is het zo dat, net zoals virale infecties, M. pneumoniae een toename of opstoot van de respiratoire klachten van CF kan veroorzaken: meer hoesten, meer fluimen, toename van afwijkingen bij longauscultatie en/of lagere éénsecondewaarde op de longfunctie. Dit wordt deels rechtstreeks door de M. pneumoniae infectie veroorzaakt, maar deels ook door toename van de onderliggende chronische infectie van de luchtwegen, die typisch is voor mucoviscidose en ‘pulmonale exacerbatie’ genoemd wordt. Best wordt dit laatste behandeld met antibiotica gericht tegen de bacteriën die meestal gevonden worden bij de patiënt, en met intensifiëren van de kinesitherapie.
Enkel indien de klachten suggestief genoeg zijn voor een M. pneumoniae infectie zal deze opgespoord worden door middel van een specifieke test op een luchtwegstaal (PCR), of eventueel door een bloedtest (serologie). Indien de infectie zo bevestigd wordt, zullen bijkomend antibiotica werkzaam tegen M. pneumoniae voorgeschreven worden.

Dr. F. Vermeulen
06.02.2012